Voordracht (introductie en gedicht) bij project Expeditie Zandgat | 21 september 20204
Bergkerk Deventer | Opening groepstentoonstelling De staat van
Introductie
Er wordt al jaren baggerspecie gedumpt in de voormalige zandwinplas bij de IJssel in Gorssel.
Het Zandgat laat me nadenken over onze bestemming; het bestemmingsplan van de spirit of geest. Vormt een diepe bodem een lege put voor afval? Kan het bewustzijn van een ecosysteem verouderde concepten van mensen waarnemen?
Wat is de vibratie van controle? En verbinding?
Is het een schuine grap om een bodem te vervuilen omdat er eerder ook verontreiniging aangetroffen was? Is minder of ander vuil dan schoon, of streek op streek? Saneren is het nieuwe leren. Het vullen van halflege glazen en halfverontreinigde gaten zal ons niet bekeren. Zien we het geheel half of heel? Kan een mens of zandgat ook half geheeld worden of wordt het dan – vertraagd – heel?
Ben ik wel welkom als recreant en moeder, zodra ik met mijn scharrelende kinderen en hun blote billetjes geniet langs de waterkant, omdat het niet de bedoeling is om één te worden met de stilte en ruigheid van een zandgat, een industrieterrein in een Natura2000 gebied? Is industrieel vormgegeven natuur beperkt voor het leven, of laat de natuur zich onze kaders niet aanmeten? Industrie vormt een verlengstuk van de natuur, ongeacht onze beperkende (?) overtuigingen.
Wie in het diepe springt stuit op een harde waarheid; brokstukken van het verleden waarbij het ecosysteem selectief is erkend. Met kleine lettertjes en persoonlijk rendement.
Wordt het gebouw op de bodem na jaren onzichtbaar dankzij dikke lagen slib erboven? Of wordt de puinhoop in het Zandgat zo juist groter?
Is het flauw om steile oevers te verflauwen, en in ruil voor het herstellen van plompe zandwinning decennia lang afval en baggerspecie te dumpen in het Zandgat? Een schuine oever mag ook zonder schunnigheid.
Heeft de overheid het alleenrecht om de veelzijdige identiteit van een ecosysteem te negeren, omdat de graafmachine en beunbak diens natuurgebied reeds domineerden? Het oog wil vogelvriendelijke eilandjes om een vervuilde bodem van boven op te fleuren. Op mooie plaatjes blijven vervuiling door ammonium en pfas buiten beeld.
Waar is de natuur van de natuur in het beleid?
De natuur werkt organisch en wederkerig. Damt de mens deze vereende kracht in en welke gevolgen heeft dat voor het eigen functioneren? Verwachten wij bagger of excellentie; denken we met of tegen onszelf in? Zijn onze woorden effectief als we schrijven met onzuivere inkt?
We krijgen een scheve taal aangeleerd. In de stilte ontkiemt het hart en worden we weer van diepere krachten gewaar. Met termen die voorbij meetbare wetenschap putten uit een intuïtief weten. Zijn we de bron dankbaar of vergeten?
We negeren onze aard met druk in de onderbuik en vuilstort op de bodem.
Zodra je gaat bevallen, breek je door het plafond van deze verondiepte bodem heen. De oorsprong van de mens welt in je bekken op. Deze roept bij de geboorte de liefde luidkeels aan. Je bent medeplichtig als je deze zorg laat gaan.
Wie is er vrij gebekt en laat woorden van warmte of gelijkheid geboren worden?
We wijzen naar de ander en zeggen: ‘Zie je wel, je schiet tekort!’ Maar, want de overheid, het geld, de industrie, de macht. Bewonderen we door onze gebreken de overvloed niet meer; een innerlijke onbetaalbare kracht?
Kunnen we het vergeven: de baggerstort? En verder, zonder pesterijen en pesticiden in ons haar en op het bord? Opdat de mens weer natuur wordt. Zonder schaamte of schuld, brandstapelangst en benodigd engelengeduld.
Deze ode schreef ik voor
De Natuur van de Natuur
Zo boven Zo beneden
Zo onder water Zo boven water
Zo onder de huid Zo sta je
Zo tegenover elkaar Zo in de knoop
Zo ver van wal geraakt Zo leer je samen
Zo is er hoop Zo kracht beamen
Zo schrijft het wonder Dwars door de donder
Zo in de realiteit geboren Zo geen keuzevrijheid verloren
Zo een collectief recht Zo waarom ik vrij leef i.p.v. vecht
Zo, zonder wapen Zo uitgerust met open hart
Zo klopt het Zandgat Zo, wie wil een nieuwe start?
Zo dapper opgaand in een innerlijke dans
Zo vanzelf in gesprek, met zachte lans
De levende natuur spreekt in stilte
Zo een gouden kans Zo zonder dwang
Zo beschermd en Zo niet bang
Zo zelf Zo samen Zo wat ik verlang
Zo slib-dumb Zo slimmer
Zo in de rivier Zo in zee
Zo zij stroom Drijft zó met ons verlangen mee
Mathilde Evaline Jansen
Beeld (boven):
Elevation of Sediments | Mathilde Jansen, Wilp/Gorssel 2024
Meer fotowerken: mathildejansen.com
VIDEO
Impressie project Expeditie Zandgat | Rap in wording